Doelen en resultaten

Water duurzaam winnen, met respect voor het watersysteem en in balans met de omgeving

Kraanwater is een natuurproduct. Hoe schoner onze omgeving, hoe minder wij het water hoeven te zuiveren. En hoe minder water wij hoeven op te pompen, des te kleiner de impact op onze omgeving. Daarom willen we water duurzaam winnen, met respect voor het watersysteem en in balans met de omgeving, om onze klanten nu én later te voorzien van goed en genoeg drinkwater.

Gerelateerde thema’s

Materiële thema’s

  • Bescherming grondwaterbronnen

  • Grondwater en waterschaarste

  • Duurzame energie

Bijdrage aan SDG’s

Stakeholdergroepen

Maatschappij, klanten, (lokale) overheden, agrarische sector, andere belanghebbenden in ruimtelijke ordening

Doelen en resultaten

Bescherming grondwaterbronnen

Het beschermen van onze grondwaterbronnen is een belangrijke strategische pijler voor Vitens. Grondwater is immers onze primaire grondstof. We willen hier dus zo veel mogelijk controle over hebben. Het beschermen van grondwaterbronnen is tegelijkertijd complex. Grondwater stroomt diep in de grond van ver weg over honderden jaren langzaam onze drinkwaterbronnen in. Bovengronds vinden er tegelijkertijd allerlei activiteiten (wonen, landbouw, industrie, et cetera) plaats die de kwaliteit van het grondwater beïnvloeden. Op deze activiteiten heeft Vitens weinig controle: het gaat immers over gronden waarover Vitens geen zeggenschap heeft.

Verontreinigingsindex

Dit jaar heeft Vitens een nieuwe kritieke prestatie-indicator (KPI) ontwikkeld waarmee we scherper willen gaan sturen op kwaliteit van de bronnen: de verontreinigingsindex. Deze KPI geeft een indicatie van de mate van verontreiniging van een waterbron door het verschil aan te geven tussen de huidige situatie en de streefwaarden. Hoe hoger de index, hoe hoger de verontreiniging. De index laat zien hoeveel van welke stoffen in het gewonnen water voorkomen. Hierbij zijn de stoffen in vier groepen verdeeld:

  1. Macroparameters (nitraat, sulfaat, hardheid)

  2. Bestrijdingsmiddelen

  3. Geneesmiddelen

  4. Industriële stoffen

Voor elke stof wordt bepaald of de gemeten waarde voldoet aan de streefwaarde voor de korte (2030) en lange (2050) termijn. Per winlocatie tellen we alle overschrijdingen op. Zo berekenen we twee verontreinigingsindices: een voor het meten van de kortetermijnambitie (VI-KT), en een voor de lange termijn (VI-LT).

Verontreinigingen in grondwater worden door Vitens uit het water gezuiverd. Water uit de kraan is dus altijd veilig om te drinken. Maar Vitens wil de waterbronnen zo schoon mogelijk houden. Wat er niet in komt, hoeft er ook niet uitgehaald te worden. Zuiveren van water is kostbaar en kost veel energie. Daarom gebruiken we de verontreinigingsindex om te praten met onze stakeholders en andere belanghebbenden (waterschappen, landbouw, natuur) over het schoon maken en houden van waterbronnen. Ook is hij de basis voor bestuurlijke afspraken met overheden over grondwaterbescherming, via onder meer beleid, vergunningen en uitvoeringsprogramma's. Daarnaast biedt de index ons handvatten voor het eventueel inzetten van zwaardere zuiveringstechnieken. 

Resultaat 2018 – 2020

In 2020 gebruikten we de verontreinigingsindex voor het eerst. De uitkomsten van de verontreinigingsindices betreffen dus een nul-meting, op basis waarvan de doelen worden bepaald. Hierbij hebben we gekeken naar de resultaten van metingen die zijn gedaan tussen 2018 en 2020. Het blijkt dat slechts een beperkt aantal winlocaties een grote bijdrage levert aan de VI-KT (korte termijn). Dit zijn de locaties met een sterke invloed van oppervlaktewater, historische bodemverontreinigingen maar ook enkele door landbouw beïnvloede locaties. De grafiek met VI-KT bevat 67 van de 103 winlocaties; de locaties zonder verontreinigingen (waarde 0) zijn niet opgenomen. Industriële stoffen leveren de grootste bijdrage aan de VI-KT.

De grafiek met VI-LT (lange termijn) bevat 97 van de 103 winlocaties; ook hier zijn de locaties zonder verontreinigingen (waarde 0) niet opgenomen. Opvallend is hier de grotere bijdrage van bestrijdingsmiddelen.

Grondwater en waterschaarste

Als drinkwaterbedrijf hebben we de taak om te zorgen voor voldoende vergunde wincapaciteit in ons distributiegebied. Vanuit financieel-, risico- en kwaliteitsoogpunt is het belangrijk dat we een effectieve reservehoeveelheid aan vergunningen en vergunningscapaciteit aanhouden. Zo kunnen we snel inspelen op onverwachte veranderingen in de watervraag.

Om beter inzicht te krijgen in onze reserves en deze te rapporteren, werken we met twee KPI’s: ‘Operationeel Verschil’ en ‘Totale Reserve’. We hebben ons voorzieningsgebied opgedeeld in tien clusters (deelgebieden); per cluster sturen en rapporteren we op deze KPI’s. In onze projectenplanning werken we ernaartoe om per 2028 in alle tien clusters te voldoen aan deze KPI’s.

‘Operationeel verschil’

Het operationeel verschil is het verschil op jaarbasis tussen de noodzakelijke totale productiebehoefte en de beschikbare zuiveringscapaciteit. Er waren in 2020 twee clusters met een positief operationeel verschil. Dat betekent dat er twee clusters zijn met genoeg operationele reserve om te kunnen inspelen op onverwachte veranderingen in de watervraag.

Een negatief operationeel verschil betekent nog niet direct dat er te weinig water geleverd kan worden aan de klanten in deze clusters. Er wordt standaard een operationele reservecapaciteit van 10 procent (sectorbreed beleid) gehanteerd om onverwachte vraagstijging op te vangen. De acht clusters met negatief operationeel verschil kunnen dus nog voldoen aan de watervraag, maar moeten gebruikmaken van deze reservecapaciteit. 

Om in de andere acht clusters ook tot een positief operationeel verschil te komen, zijn projecten gepland om de productiecapaciteit in de clusters te verhogen. In 2020 is er in totaal 6,6 miljoen mproductiecapaciteit bijgekomen. Daarmee is het gestelde doel van 5,8 miljoen m3 per jaar overtroffen. Hier worden door Vitens dus goede stappen gezet.

‘Totale Reserve’

De totale reserve is het verschil tussen de maximale productiecapaciteit en de productiebehoefte. In 2020 was er één cluster dat voldeed aan ‘totale reserve op orde’.

De totale reserve bestaat uit operationele reservecapaciteit (productie) van 10 procent met daar bovenop nog eens 10 procent strategische reservecapaciteit (vergunningen). Dit is ook sectorbreed beleid. De 10 procent extra vergunningscapaciteit is de ruimte die nodig is om de operationele reserve binnen vijf jaar te kunnen aanvullen.

Om in de andere negen clusters ook tot genoeg ‘totale reserve’ te komen, hebben we naar extra vergunningscapaciteit gezocht. Daarbij stemmen we intensief af met de desbetreffende provincies en andere stakeholders. De urgentie om tot extra vergunningscapaciteit te komen is hoog: veel productielocaties benutten in 2020 95 tot 100 procent van hun vergunningsruimte.

In 2020 kwam er in totaal 2,7 miljoen m3 vergunningscapaciteit bij. Hiermee is het gestelde doel van 7,1 miljoen mper jaar niet gehaald. Dit verhoogt de opgave voor de komende jaren om extra vergunningscapaciteit te verkrijgen.

Met name door een aangepaste prognose van de watervraag is de druk om aan de KPI’s ‘Operationeel Verschil’ en ‘Totale Reserve’ te voldoen groter geworden. Vitens zoekt in het kader van de nieuwe strategie Elke druppel duurzaam naar de meest duurzame winopties. Dit betekent dat enkele winningen vanwege hun effecten op de omgeving in de toekomst vervangen zullen worden. Om onze ambitie te kunnen waarmaken, is het daarom des te belangrijker samen met stakeholders in de regio tot duurzame alternatieven te komen.

Energie en klimaat

Vitens zet zich in voor een zo duurzaam mogelijke bedrijfsvoering. Hiermee willen we bijdragen aan de doelen die zijn gesteld in het landelijke Klimaatakkoord om de opwarming van de aarde tegen te gaan.

Verlagen CO2-footprint

Met onze activiteiten hebben we een CO2-voetafdruk. Bij drinkwaterproductie ontstaat vooral CO2-uitstoot door energieverbruik, ontgassing van het ruwwater en  door chemicaliënverbruik. Vitens wil haar bijdrage aan klimaatverandering verkleinen. Daarom zetten we steeds meer in op het verminderen van energieverbruik, het opwekken van hernieuwbare energie (voor eigen gebruik) en het afvangen van het methaan dat bij ons productieproces vrijkomt. Door dit methaan in te zetten als energie voor onze bedrijfsvoering reduceren we onze CO2-uitstoot verder.

Methaan verdwijnt niet meer als broeikasgas in de lucht
Dankzij een innovatieve technologie kan Vitens methaan op een duurzame manier uit grondwater onttrekken en opslaan. Na twee geslaagde pilots neemt het drinkwaterbedrijf begin december de eerste langlopende demonstratie-installatie in gebruik op de productielocatie in Hammerflier. Lees meer over deze toepassing.

CO2-emissiereductie

Om transparanter te kunnen zijn over onze negatieve impact en de verbeteringen die we op dat vlak maken, ontwikkelden we een KPI voor onze CO2-emissie(reductie). Deze is onderdeel van het energie- en emissiebeleid dat in 2020 is opgesteld.

In 2020 hebben we 154 kton CO2-bruto-equivalenten uitgestoten. Het grootste deel van onze uitstoot, 94 kton CO2-equivalenten (61 procent), valt onder ‘Energieverbruik via energieleveranciers’. Hiervan hebben we 94 kton CO2-equivalenten middels Garanties van Oorsprong Europese windenergie ‘vergroend’. De netto uitstoot bedraagt daardoor 60 kton CO2-equivalenten.

Verduurzaming eigen energieverbruik

In 2020 hebben we 174 gigawattuur energie verbruikt. Het overgrote deel daarvan is ingezet voor het oppompen van grondwater, en de zuivering en distributie van het drinkwater. Op de locaties waar we energie verbruiken, willen we de komende jaren zelf meer energie opwekken. Dat doen we hoofdzakelijk met methaanverbranding en gedeeltelijk met zonnepanelen.

Het doel was om eind in 2020 9 gigawattuur eigen energie op te wekken. In 2020 hebben we 5,6 gigawattuur energie duurzaam opgewekt, waarvan 4,2 gigawattuur via methaanverbranding. Daarmee is de KPI dus niet behaald. Dit is met name te wijten aan andere prioriteiten die zijn gesteld, onder meer rondom de operationele opgave waarbij we ons gefocust hebben op de warme zomer en het stijgende waterverbruik. 

Wel hebben we in 2020 meer duurzame energie opgewekt dan in 2019. Dat komt met name door verbetering van methaanverbranding en meer zon-uren. In 2021 hopen we de duurzame energieopwekking verder te kunnen uitbreiden door op vijf locaties nieuwe installaties te realiseren.